Jan Isaaksz Spilt
Jan Isaaksz Spilt,
geb. op 30-07-1724 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 30-07-1724 te Huijsen,
ovl. te <= 1753; 184-3220; 12-02-1753,
begr. te <= 1727; 184-3218;A052; 19-09-1727.- Vader:
Isaak Willemsz Spilt, zn. van Willem IJsaacksz Spilt en Gerritje Jans ,
geb. op 04-06-1690 te Bussum; Koptienden Huizen Eerste: 1712-43,
ged. Gereformeerde Gemeente op 04-06-1690 te Naarden,
ovl. op 02-10-1749 te Huijsen; Koptienden Laatste: 1750-39,
begr. op 02-10-1749 te Huijsen; DTB-13-Begraven-Impost: f 30,-,
, -
ISACK / ISAAK WILLEMSZ SPILT
Huizen Koptienden (1712-43 1750-39):
1712-43: v. Lambert Ceelweigh Schout 3 cop 3/4
- v. Dirck Anxsz 3 cop 3/4
- Situatie: 0 Spt 7 cop 1/2
1713-43: v. Elbert Jacobsz Smit 2 cop
- v. Ebbetijen Gerrits 6 cop 1/2
Situatie: 2 Spt
1715-39: v. Claes Jansz Swart 1 Spt 6 cop 3/4
- Situatie: 3 Spt 6 cop 3/4
1717-39: v. Lambert Jansz Werwer 5 cop
- v. Gerrit Hendricksz Boom 3 cop 1/2
- v. Harmen Jacob Wijchertsz 1 Spt 3 cop 3/8
- Situatie: 6 Spt 2 cop 5/8
1719-39: v. Lubbert Jacobsz 2 cop 3/4
- Situatie: 6 Spt 5 cop 3/8
1720-39: Moet wesen 6 Spt 5 cop 3/4
1722-39: op Gerrit Hendricksz Visser 1 Spt 7 cop
- op Aart Gerritsz Coppen 4 cop
- v. Lambert Killewig 4 cop 7/8
- v. Hendrick Goossen Net 2 cop 7/8
- Situatie: 5 Spt 2 cop 1/2
1723-39: ER STAAT: 5 Spt 5 cop 1/2
- op Roel Lambertsz Verwer 3 cop 3/4
- op Gerrit Jacobsz Snijder IN COMPAGNIE 3 cop 1/8
- met IJsaack Willemsz Spilt
- Situatie: 4 Spt 6 cop 5/8
1724-39: v. Claes Gijsbertsz Bout 2 cop 1/8
- Situatie: 5 Spt 0 cop 3/4
1725-39: Hierbij de post van Gemelte Spilt
- van Folio 48 onder Blaarcom staande
- van Cillewigh boedel 4 cop 3/8
- Situatie: 5 Spt 5 cop 1/8
1727-31: v. Gerrit Tijmensz Doorn 3 cop 1/8
1728-39: Situatie: 6 Spt 0 cop 1/4
- Hierbij de post op naam van
- Isaack Spilt en Gerrit Jacobsz Snijder
- in compagnie Folio 37 7 cop 5/8
- Situatie: 6 Spt 7 cop 7/8
- Verkregen van onbekende 2 cop
1734-39: Situatie: 7 Spt 1 cop 7/8
- v. Jacob Lubbertsz Baas 1 cop 5/8
- Situatie: 7 Spt 3 cop 1/2
1737-24: v. Gerrit Swanen Vos 1 cop 7/8
- Situatie: 7 Spt 5 cop 3/8
- Verkregen van onbekende(n) 6 cop 1/2
1738-39: Situatie: 8 Spt 3 cop 7/8
- v. Jacob Wijchertsz Backer 1 cop 1/2
- v. Kind: Gerrit Hendricksz Boom 1 Spt
- v. Jan Jansz Boer 1 cop
- Situatie: 9 Spt 6 cop 3/8
1739-39: v. Gijsbert Jacobsz Dirxs 2 kop
- Situatie: 10 Spt 0 cop 3/8
1740-39: v. Rijck Hendricksz 1 Spt 0 cop 1/2
- v. Hendrick Goossensz Net 0 cop 3/8
- v. Aard Cornelis aards 2 kop
- Situatie: 11 Spt 3 kop 5/8
1741-39: v. Wed.v.Gerrit Ploos van Amstel 6 cop 1/4
- v. Aart Cornelis Aards 1 cop
- v. Cornelis Gerbertsz Rebel 1 cop 1/2
- Situatie: 12 Spt 4 cop 3/8
1742-39: ER STAAT: 12 Spt 4 cop
- v. Jacob Harmensz Schram 1 cop 1/2
t/m 1743-39: Situatie: 12 Spt 5 cop 1/2
1743-39: v. Paulus Mattijs Tiedeman 1 cop
- in comp.met Boudewijn Ploos van Amstel
- en Jacob Celewig en IJsaak Will:Spilt
1744-39: Situatie: 12 Spt 6 kop 1/2
- Verkregen van onbekende 3 cop
1746-39 t/m 1747-39: Situatie: 13 Spt 1 cop 1/2
- Verkregen van onbekende(n) 2 Spt 0 cop 5/8
1748-39: Situatie: 15 Spt 2 cop 1/8
- Verkregen van onbekende 2 cop 1/16
1749-39: Situatie:15 Spt 4 cop 5/16
1750-39: WAARSCHIJNLIJK:
- op Ebben Isaaksen Spild 15 Spt 4 cop 5/16
-
IJSAAK WILLEMSZ SPILT en GERRIT JACOBSZ SNIJDER IN COMPAGNIE
Huizen Koptienden (1723-37 1728-37):
1723-37: v. Hendrick Goossen Net 1 cop 1/2
- v. Dirck Pietersz Faassen 3 cop 5/8
- v. Gerbert Willemsz 4 cop 1/2
- v. Isaak (Willemsz) Spilt 3 cop 1/8
Situatie: 1 Spt 4 cop 3/4
1724-37: v. Claes Willemsz Boer 5 cop 5/8
- Situatie: 2 Spt 2 cop 3/8
1725-37: op Aart Tiedeman 3 cop
- Situatie: 1 Spt 7 cop 3/8
1728-37: op Gerrit Jacobsz Snijder 7 cop 3/4
- op IJsaack Willemsz Spilt 7 cop 5/8
-
ISAAK WILLEMSZ SPILT
Blaricum Koptienden (1724-48):
1724-48: v. Lambert Killewigh 4 kop 3/8
1725-39: op Isaak Willems Spilt Huijserboeck 4 kop 3/8
-
Naarden-Dopen-NH; 04-06-1690: Isaac, V: Willem Isaacksz, M: Gerritje Jans
-
Kroniek L.R. Lustigh-176-1527; Folio-102: op den 2 sebtemb: doen sterft van Isack Willemsz Split een veers die op Emenes geweijt was, en hij begraaft deselve aen de noortsij van sijn Huijs
-
ORA-184-3177; 28-06-1715: Tot voogden werden gestelt over het weeskind van Claes Lambertsz Koppen verwekt uijt Lijsbet Elberts Perk: Elbert Jansz Perk tot Bussum en Isak Willemsz Spilt
-
ONA-3728A021; 16-10-1715: Huijbert Dirksen (59 jr) en Willem Dirksen (58 jr) gewesen ouderling, Jan Willemsz Jonker (55 jr), Lambert Evertsz d'Oude (48 jr), mitsgaders Jan Claasz/Jan klaasen dircksen (42 jr) alle wonende binnen Huijsen
verklaarden wel te weten dat het getal van de Mannen ledematen die stemmen moeten op de beroeping van een predikant bestaat uijt ontrent 130 personen. Bij meerderheid van stemmen:
- de eerste beroepinge Domine Nellenis proponent tot WestSanen (43 van de 130)
- de tweede beroeping Do. Sererike? proponent tot Amsterdam (24 van de 130)
- de derde beroeping Do. Bauda proponent tot Rotterdam (28 van de 130)
- de vierde beroeping Do. Schul predikant to Driehuijsen (53 van de 130)
Getuigen: Ysaacq Willemsz Spilt en Hendrik Jansz Visscher
-
ORA-184-3177; 13-12-1715: Over de nagelaten kinderen van Gerrit Hendricksz Snijder geteelt bij Elbertje Tijmensz werden tot voogden gestelt Ysack Willemsz Spil en Gerrit Jacobsz Snijder
-
ONA-3730A072; 20-03-1720: Verklaring van Kornelis Killewig oud-buijrmr en Lucas de Swart oud schepen des dorps Huijzen op verzoek van Gerrit Schaap mede oud Buijrmr des Dorps, dat sij comparanten als voogden van de voorn: Schaap, hem in 1713,
toen Schaap meerderjarig werd, een schepenkennisse hebben overhandigd ten laste van Willem Pietersz de Wit gepasseert 05-07-1705 ter grootte van f 2800,- Gepassert binnen Naarden ter presentie van Ysak Willemsz Spilt en Gerrit Sas
-
ORA-184-3177; 06-03-1721: In plaatse van wijlen Elbert Perk welke tot zijn overlijden nevens IJsak Willemsz Spilt voogd is geweest over de kinderen van Claas Lambert Martsz wert gestelt Gerrit Jacobsz
-
ORA-184-3177; 05-06-1722: Aan de Ed: Agtbare Geregte des dorps Huijzen Geven met behoorlijk respect te kennen de onderges crediteuren van Lambert Killewig, dat de gem: Killewig zig uijt desen dorpe Huijsen, met sijn vrouw, en huijsgezin heeft
geritereert, met hem nemende genoegsaam alle zijne doederen, en is gaan wonen binnen de Stad Vianen en dewijle denselve Killewig zig heeft gedeclareerd sijn boedel en goederen die door hem nog zijn overgelaten ten behoeve van zijn crediteuren
te abandonneren, en dat het oversulx van de uijtterste noodsaekelijkheijt zal zijn dat imand werde gequalificeert tot redding van de voorz overgelaten goederen met magt omme dezelve re gelde te maken, soo keeren de Supplianten henlieden tot Uw
Ed Agtb: versoekende dat Uw Ed: Agtb tot het geene voorz is, gelieve aan te stellen Jacob Tijmensz, Ysaak Spilt en Gerrit Jacobsz Snijder met de magt om de de onroerende goederen soo van huijzen, Landerijen, Lijffpagt, mitsgaders de verdere
goederen te verkopen, transporterenende over te dragen, en de vorderlijke inschulden te ontfangen, en daar van quitantie te geven, en voorts met sodanige magt als deselve ter verrigtinge en uijtvoeringe van de voorz Commissie sullen nodig
hebben, en haar daar van te verlenen acte in forma (onderstont) dit doende @ (was getekent enz.; alle namen van de crediteuren
-
ORA-184-3198A284; 20-11-1722: Poulus Tiedeman, Jacob Tijmensz en IJsak Willemsz Spilt en Gerrit Jacobsz Snijder alle aangesteld als curateurs van de solvente boedel van Lambert Killewigh volgens de acte van 05-06-1722, verkochten aan Gijsbert
Tijmensz eerstelijk 1 / schepel land gelegen boven in het Langeweijn belendende Jannetje Wit ten zuiden en Dirk Pietersz te noorden alsmede 5 schepel land genaamd Brouwer gelegen aan de Laarderweg belendende Jacob Wijchertsz ten oosten voor f
261:10:-
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 07-07-1723: aangenomen op Belijdenis: Isaak Willemsz Spilt (Burgem.)
-
ORA-184-3177; 16-06-1724: Tot voogden over de minderjarige nagelaten kinderen van Cornelis Aartsz gestelt Claas Jacobsz Schram, Jacob Killewig en Ysak Willemsz Spilt
-
ORA-184-3178; 19-09-1727: Tot voogden over de nagelaten minderjarige kinderen van Aaltje Ebbe Koij, in Leven Huijsvrouw van IJsak Willemsz Spilt, werden gestelt Willem Ebbe Koij en Lambert Ebbe Koij
-
ORA-184-3218A052; 19-09-1727: IJsak Willemsz Spilt weduwenaar van wijlen Aaltje Ebbe Koij ter eenre, ende ter andere sijde Willem Ebbe Koij en Lambert Ebbe Koij als voogden over de vijff (5) minderjarige nagelaten kinderen met naame Willem,
Lambert, Gerritje, Maria en Ebbe IJsaksz Spilt, zijn overeengekomen: f 3.000 en opvoeding
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 02-07-1728: ingekomen met attestatie: Hilletje Stenestrate huisvr. van Isaak Spilt (van Amsterdam)
-
ORA-184-3178; 17-07-1728: Tot voogden oever het minderjarige weeskind van wijlen Pieter Pietersz Luidjes? verwekt bij Pieterje Jans werden gestelt Ysack Willemsz Spilt en Pieter Boor
-
ONA-3731A069; 17-05-1730: Jannetje Claas weduwe en boedelhoudster van wijlen Ebbe Koij met ende benevens haar zonen Lambert Koij en Claas Ebbe Koij de Jonge wonende binnen Huijsen, ter voorkoming van problemen na haar overlijden, tussen haar
kinderen en erfgenamen, zijn overeengekomen:
Eerstelijk haar zoon Lambert Koij die bewarende seecker huijs enz
Haar jongste soon Claas Ebbe Koij de Jonge, na reparatie, het huijs binnen Huijsen dat Jannetje Claas thans zelf bewoont. Na overlijden van zijn moeder brengt hij in de gemene boedel een bedrag in van f 850,- . Er zijn nog meer kinderen
(broeders en susters) en kindskinderen
Alle 't welke ook mede aan Willem (Ebbe) Koij en Lambert Ebbe Koij in qualt als voogden over de kinderen van Aaltje Ebbe Koij, verwekt bij IJsak Willemsz Spilt, mitsgaders aan Ebbe Dircksz als getrouwt hebbende Lambertje (Ebbe) Koij, aan Willem
(Ebbe) Koij, en Claas (Ebbe) Koij alsmede aan Jan Pietersz Boor getrouwt sijnde met Bijtje (Ebbe) Koij, en laastelijk aan Meeuwis (Ebbe) Koij, die alle hier mede compareerden. Gepasseert ten huijse van Jannetje Claas in presentie van Lambert
Willemsz Kaijer en Pieter Cornelisz Koeman
-
ORA-184-3199A389; 10-11-1730: Pieter Melz Boor en Jan Vergoes aangesteld als curateurs van de insolventen en ge-abandonneerde boedel van wijlem Harmen Tijmensz en Jan Vergoes namens Willem Jansz Kuijper gehuwd met Geertje Tijmensz wonende te
Coogh hebben publiek verkocht en getransporteerd aan Ysak Willemsz Spilt een huijs. erve en Gruttereij voor f 2080
-
ONA-3731A082; 26-01-1731: IJsak Willemsz Spilt, Jan Pietersz Boor en Cornelis (Lambertsz) Prins alle eigenaars of huurders van de drie grutterijen binnen den dorpe Huijsen en aldaar woonagtig. Item Roel Pandelaar Grutter tot Laren. Bosje
Lambertsz laast weduwe van Steffen Elbertsz exerceerende de Grutterij tot Blaricum stellen gezamenlijk een contract over de aankoop en prijs van de boekweijt en meel
-
ORA-184-3178; 12-02-1733: Jannetie Claas in Leven weduwe van wijlen Ebbe Koij alhier tot Huijsen deser wereld is comen te overleijden sonder over haar minderjarige nagelaten Erfgenamen voogden te hebben gesteld. ..
Soo is 't egter sulks dat op verkeerde gronden sig tot die voogdij, namentlijk over de minderjarige nagelaten kinderen van wijlen Aaltie Ebbe Koij in huwelijk verwekt bij Isak Spilt die een dogter was van de voorn: overledene soo verre die
kinderen mede Erfgenamen sijn van gemelde haer Grootmoeder hebben begeeven Willem Koij en Lambert Koij de Oude welke in die gepretendeerde qualt met en benevens de nadere mede Erfgenamen hebben helpen maken staat en Inventaris van de
nalatenschap van de voorn: Jannetie Claas en hebben helpen schiften en scheijden . Tot voogden worden gesteld Willem Koij en Lambert Koij de Oude
-
ORA-184-3178; 22-05-1733: Willem Koij en Lambert Koij de Oude als voogden over de minderjarige nagelaten kinderen van wijlen Aeltje Ebbe Koij in huwelijk verwekt bij Ysak Spilt, omme aan deselve Ysak Spilt tot beter onderhoud van sijn
voornoemde kinderen jaarlijks geduijrende hij gemelde sijne midnerjarige kinderen onder sijn alimentatie is hebbende uijt te keeren en te betalen de interesten en revenuen naar aftrek van alle Lasten, van alle sodanige effecten als gemelde
kinderen sijn opgekomen door het overlijden van Jannetje Claas in Leven weduwe van Ebbe Koij, Grootmoeder maternel van de gesegde minderjarige kinderen
ONA-3732A064; 12-06-1733: Huwelijkse voorwaarden tussen Pieter Claasz Goijer (brengt in f 200,-) weduwnaar van Annetje Hendriks Louwen bruijdegom geassisteert met sijn vader Claas Pietersz Goijers (geeft mede f 300,-) ter eenre, en Gerritje
Claas (brengt in f 50,-) jonge dochter bruijd geassisteert met Ysak Spilt en Gerrit Jacobsz Snijder hare voogden ter andere sijde, alle wonende binnen Huijsen
-
ORA-184-3179; 10-01-1744: IJsak Spilt en Willem Lambertsz Kaijer in qualt. als kerkmeesteren van de Gereformeerde kerk alhier tot Huijsen aan Scheepenen deses dorps voorgedragen dat sij genootsaakt zijn om door middelen van Justitie de
Eerwaarde Heer Johannes Resselaar Predikant alhier te Huijse te noodsake seecker turfhof daar deselve een Paardestal heeft gemaakt en bereijds daar in een paard heeft geplaatst, te stellen in vorige staat sodanig als het geweest is enz.
versoeckende ten dien eijnde het jus prodeo waar op schepenen na deliberatie het voorz versoek hebben geaccordeert en toegstaan
-
Naarden-OAH-001; Folio 261-262; 22-06-1749: competerende de begevinge van de veerschippers Plaatsen van desen dorpe Huijsen op amsterdam, hebben mitsdesen in de Plaats van Andries Gerrits, tot veerschipper in het voorz veer, waar mede Tijmen
Gijsbertsz ook door ons is begiftigt aangestelt de Personen van Ysak Spilt en Cornelis Killewig, mits dat deselve dit veer voor een persoon sullende bevaren of doen bevaeren, ons onder eede sullen hebben te belooven hen te reguleeren na de
ordonnantien en reglementen bereijds op het voorz veer bij ons gemaakt en nog te maken, en voorts henlieden daar inne Eerlijk en na behoren te sullen gedraegen enz.
-
Naarden-OAH-038-Tractementen; 04-09-1749:
-
ORA-184-3220; 12-02-1753: Ebbe (IJsaksz) Spilt woonagtig binnen dese dorpe is een soon en universele erfgenaam van IJsak (Willemsz) Spilt, in leven Impostmr. gewoond hebbende alhier; verder geen andere kinderen in leeven gevonden,
tr. (2)
met Hilletje Stenestrate Stenestrate.,
tr. (1) op 27-04-1710 te Huijsen; Pro Deo.
- Moeder:
Aaltien Ebben Kooij, dr. van Ebbe Willemsz Kooij ( Coij) en Jannetien Claes Meeuwissen ( Muijsen),
geb. op 25-02-1685 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 25-02-1685 te Huijsen,
ovl. op 01-09-1726 te Huijsen; DTB-20; in de kraam gestorven,
begr. op 01-09-1726 te Huijsen; DTB-12-Begraven-Impost: f 3,-,
, -
ONA-3730A007; 19-02-1717: Testament Ebbe Willemsz Koij/Kooij altans regerend schepen deses dorps mitsgaders Jannetje Claas egtelieden, verklaren testateurs hun 8 kinderen uijt den Huijwelijk geprocreert, met name Lammertje, Aaltje, Willem,
Claas, Lambert, Bijtje, Meeuwis en Claasien, die naast hun legitieme portie tevens elk f 500,- zullen erven, die reeds is uitgekeert bij hun huwelijk aan voorn. Lammertje, Aaltje en Willem. Alleen hun jongste soon Claas ontvangt f 300 meer.
Mochten zij komen te overlijden voor de meerderjarigheijt van hun soon Meeuwis wonende tot Amsterdam bij een Barbier om aldaar het selve ambagt te Leeren, hij tot zijn 25 in staat gesteld zal worden om dit ambagt na behoren te kunnen exerceren.
Gepasseert tot Huijsen in presentie van Gerrit Hendricksen Boom en Claas Jacobsz Jongerden
-
ORA- 184-3218A052; 19-09-1727: 5 nagelaten kinderen
-
ONA-3731A69; 17-05-1730; regeling erfenis van moeder.
>